Veilig

Elke dag, in elke interactie, in vrijwel elke keuze wordt ons onderliggend een vraag gesteld: liefde of angst?

Hoe interpreteer ik de wereld? Hoe zie ik de ander? En mezelf? Gun ik mezelf wat ik nodig heb? Durf ik het aan om kwetsbaar te zijn, of voelt het nodig om mezelf te beschermen?

Op het eerste gezicht lijken het wellicht vragen over goed en fout. Ben ik een goed persoon? Maak ik genoeg goede keuzes? Ben ik niet te egoïstisch of opvliegend?

Niet ongewoon om onszelf deze vragen te stellen. Ben ik goed? Of fout?

Het zijn vragen die uitnodigen tot een oordeel. Een vuistregel: oordeel komt meestal vanuit angst. De vraag van goed of fout, heilig of zondig, held of slechterik doet het goed in verhalen, maar is voor de echte wereld te ondiep.

Waarom zijn angst en liefde anders?

Hoe dieper je angst en liefde begrijpt, het beter je ze hebt leren kennen en hoe eerlijker je naar jezelf durft te zijn, hoe meer ruimte er ontstaat voor compassie. Geen (zelf-)medelijden, maar een oprechte acceptatie van wat het is om mens te zijn.

We zijn geen helden.

Gewoon mensen. We falen, we schieten tekort, we dragen bij aan misverstanden. We gooien olie op het vuur bij ruzies, gaan conflicten uit de weg, trekken te snel conclusies en veroordelen anderen vanaf een afstandje. We zijn soms bot, soms achterdochtig, soms egoïstisch.

Door angst zijn we soms mensen die we eigenlijk niet willen zijn. Een lichaam vol adrenaline en cortisol is gemakkelijker geïrriteerd. Een brein dat overal afwijzing ziet, past zich aan aan de verwachtingen of houdt anderen op veilige afstand. Om een stukje zekerheid te vinden in een onzekere wereld, houdt angst dwangmatig vast aan controle.

Onze breinen zijn zo geprogrammeerd dat eigen veiligheid een enorm deel van de bronnen tot zijn beschikking krijgt. En hoe jonger die eigen veiligheid bedreigd wordt, hoe meer macht en mogelijkheden de angst krijgt. Om jouw leven te beschermen krijgt de angst toegang tot je aandacht, tot je interpretaties, tot je lichaam en je gedachten.

Hoe veilig we ons voelen in de wereld wordt voor een groot deel bepaald door wat we eerder hebben meegemaakt. Was het veilig? En als het niet veilig was: was er bescherming? Steun? Troost? Konden we grenzen aangeven en werden onze behoeften vervuld? Was er iemand die ons begreep?

Vaak hebben we niet eens door dat angst een rol speelt in onze keuzes. Het onbewuste deel van ons brein maakt constante afwegingen en bereidt ons dan voor op mogelijke dreiging. Zonder het door te hebben, wordt ons vecht/vlucht systeem op de achtergrond vast opgestart. Op het moment dat we ergens op willen reageren heeft de angst onze aandacht al gestuurd.

We denken een keuze te maken op basis van de feiten, maar ons brein bepaalt op basis van veiligheid welke feiten en opties toegankelijk zijn en in welke mate je vrij bent om te kiezen. Elk mens volgt de interpretaties en signalen van zijn eigen brein en geen enkel brein is helemaal goed afgesteld.

Een bewustzijn hiervan helpt ons op twee manieren. Het helpt ons door muren en maskers heen te kijken om anderen te zien. Achter onverschilligheid, vijandigheid, controle en negativiteit schuilt meer dan eens angst. En de meeste mensen doen keihard hun best, ook als dat er totaal niet zo uitziet.

En daarnaast vertelt het ons waar we kunnen beginnen als we iets in ons eigen gedrag zouden willen veranderen. Misschien hoeven we niet boos op onszelf te worden en onszelf harder te pushen, maar mogen we zoeken naar manieren om onszelf meer veiligheid te gunnen.

Wat zijn de voorwaarden die we moeten vervullen om ons lichaam en ons brein te laten weten dat het veilig is? Wat heeft onze angst nodig om tot rust te komen, zodat er ruimte ontstaat om te kunnen kiezen voor liefde?

Waarom je dat zou willen?

Angst is hoe we in leven blijven, liefde ís het leven.

Volgende
Volgende

Golven